Betalen
Zichtrekeningen
Kredietkaarten
Online bankieren
Onder nul gaan
Veilig bankieren
Lenen
Woning
Mobiliteit
Andere doelen
Sparen en beleggen
Sparen
Beleggen
Fiscaal sparen
Verzekeren
Zoekt u informatie over de fusie tussen AXA Bank en Crelan? Klik hieronder. Of sluit het venster en surf gewoon verder.
AXA Bank Belgium is een bank die behoort tot de Crelan Groep.
AXA Belgium is een verzekeringsmaatschappij die deel uitmaakt van de AXA-groep. Er verandert niets aan de verzekeringen die u daar hebt afgesloten, die blijven onder de hoede van AXA Belgium.
De slimme chatbot ChatGPT verovert de wereld, zo lijkt het. Twee maanden na de lancering in november 2022 rondde de toepassing al de kaap van 100 miljoen gebruikers. Daarmee is ChatGPT de snelstgroeiende computertoepassing ooit: TikTok deed er 9 maanden over om hetzelfde aantal gebruikers aan te trekken en Instagram had daar 2,5 jaar voor nodig. Opeens duiken overal jubel- en doemberichten op over hoe artificiële intelligentie ons leven zal veranderen. Nemen slimme algoritmes straks onze jobs over, of maken ze die juist waardevoller? En biedt AI ook een kans voor investeerders?
ChatGPT is een toepassing van ‘generatieve artificiële intelligentie’ – ‘generatieve’ betekent hier dat het AI-model zelf data kan produceren (tekst, maar ook beelden, computercode, audio …) op basis van statistische patronen die het ‘geleerd’ heeft door grote hoeveelheden gelijkaardige data te analyseren. Men spreekt in dat verband van ‘large language models’ (LLM), computermodellen die ‘zelflerend’ zijn en die getraind worden op grote hoeveelheden data.
Artificiële intelligentie is niet nieuw. Bedrijven investeren al meer dan een decennium heel sterk in AI-toepassingen. In de periode 2012-2022 werden bij de World Intellectual Property Organization meer dan 175.000 AI-gerelateerde patenten geregistreerd.
Tot nu toe zijn die toepassingen vaak heel sectorspecifiek. Toepassingen die helpen om logistieke of industriële processen te optimaliseren, datatoepassingen enzovoort. Een bekend voorbeeld is Nuance, een bedrijf dat bekend is door zijn expertise in technologie voor medische transcriptie (het automatisch ‘uittypen’ van doktersverslagen, zeg maar), een gigantische markt, vooral in de VS, maar grotendeels onzichtbaar voor het grote publiek.
ChatGPT brengt drastische verandering in deze ‘sluimerende’ AI-ontwikkelingen, in twee opzichten: het is de doorbraak van ‘generatieve AI’ – technologie die zelf data kan produceren- en het is de doorbraak van AI voor het grote publiek, via een erg toegankelijke interface (een chatbot) en massale interesse van eindgebruikers.
ChatGPT is de doorbraak van ‘generatieve AI’ – technologie die zelf data kan produceren- voor het grote publiek, via een erg toegankelijke interface (een chatbot), met massale interesse van eindgebruikers.
Generatieve AI wordt daardoor mainstream, en bedrijven en organisaties zullen deze technologie in hun processen integreren.
Toepassingen liggen voor de hand: chatbots, gepersonaliseerde reclame, aanbevelingen op e-commercewebsites en dergelijke zullen veel gesofisticeerder worden dan ze al waren. In een volgende fase zal generatieve AI ook audio en video kunnen maken, wat een wereld aan nieuwe mogelijkheden opent voor onder meer media, onderwijs, games en marketing. De meest genoemde redenen door bedrijven om in AI te investeren zijn: de interactie met gebruikers en (potentiële) klanten en dus ook de gebruiks- en klantervaring verbeteren en fraude-detectie opvoeren.
Het mag duidelijk zijn: AI is niet één netjes afgelijnde sector. De gebruikers zitten overal. AI kan over een heel ruim gamma van activiteiten toegevoegde waarde creëren.
Er is een merkwaardige verschuiving in het ‘doemdenken’ over technologie en werkgelegenheid. Enkele jaren terug was het nog gemeengoed te denken dat vooral manuele jobs bedreigd werden door automatisering: arbeiders in de industrie door robots, vrachtwagen- en andere chauffeurs door zelfrijdende voertuigen etc. Ondertussen is duidelijk geworden dat die jobs niet zo eenvoudig te automatiseren zijn – tijdens de pandemie bleek dat er juist erg grote tekorten aan dergelijke werknemers opdoken.
Met de opkomst van AI zijn het de ‘witteboordenjobs’ die bedreigd lijken te worden: journalisten, dataresearchers, marketeers, advocaten, bankiers … bepaalde onderdelen van hun werk zou door AI geautomatiseerd kunnen worden.
Wat de toekomst brengt, laat zich niet voorspellen. Het lijkt inderdaad voor de hand te liggen dat bepaalde activiteiten tot op zekere hoogte door AI zullen kunnen worden overgenomen. Het schrijven van computercode, bijvoorbeeld, of schrijven in het algemeen. Maar AI is (nog) verre van perfect en de resultaten die het genereert moeten nog door mensen gesuperviseerd worden, zeker als de inzet hoog is.
Bedrijven zullen niet het risico willen lopen dat de veiligheid van hun producten of processen in het gedrang komt, of dat hun reputatie in duigen valt doordat een AI-toepassing begint te ‘freewheelen’. AI zal bij de taken waarvoor het bij uitstek geschikt is wellicht vooral dienen als een assistent die toelaat meer werk te verzetten, eerder dan een vervanging van de mens.
De geschiedenis van technologische innovatie spreekt tegen dat vernieuwing tot grootschalig banenverlies zou leiden. De gemiddelde werkloosheidsgraad in de G7 (de grootste ontwikkelde industrielanden) bedraagt nu minder dan 4%, ondanks decennia van ‘werkvernietigende’ technologie die ontwikkeld en in gebruik genomen werd. De meeste jobs die 30, of 50 of 80 jaar geleden werden uitgeoefend bestaan vandaag niet meer, of zijn een verwaarloosbaar klein deel van de beroepsbevolking geworden (boeren en mijnwerkers bijvoorbeeld). Doorheen de geschiedenis is er een trend om sterk te onderschatten hoe onvervangbaar mensen zijn. Technologie verandert de aard en de inhoud van een job, maar vernietigt zelden de job zelf.
De geschiedenis spreekt tegen dat vernieuwing tot grootschalig banenverlies zou leiden. Technologische innovatie verandert de aard en de inhoud van een job, maar vernietigt zelden de job zelf.
Als AI erin slaagt (een flinke ‘als’, in dit prille stadium) om werk productiever uit te voeren, zou het een welkome innovatie zijn. Op lange termijn loopt de groei van reële lonen in de samenleving sterk gelijk met de toename van de productiviteit, en daar wringt al enkele decennia het schoentje: de productiviteitsgroei in de ontwikkelde economieën is al lange tijd ondermaats. De computer- en internetrevolutie hebben bijlange na niet de verhoopte productiviteitsgroei gebracht, en dat weegt op de economische groei. Ondanks de reële risico’s kan AI daar verandering in brengen.
Generatieve AI zal een erg breed bereik aan toepassingen transformeren of minstens beïnvloeden. Er bestaat niet iets zoals een nauw omschreven AI-sector waarin belegd kan worden. Dat maakt het ook lastig om voor de hand liggende beleggingskansen te identificeren. ‘Dé AI-sector’ bestaat niet, en de ‘waardenketting’ is erg versnipperd. Beleggers hebben de voorbije maanden de makkelijkste weg gekozen: ze hebben massaal Big Tech-bedrijven gekocht, in de veronderstelling dat deze bedrijven tot de AI-winnaars zullen behoren.
Dat is niet zo vergezocht. De grote technologiewaarden hebben al AI-gerelateerde activiteiten in hun portefeuille (het eerder genoemde Nuance, bij voorbeeld, werd in 2021 overgenomen door Microsoft en geïntegreerd in de clouddiensten die Microsoft verkoopt aan de medische sector). Microsoft investeerde daarnaast flink in OpenAI, de ontwikkelaar van ChatGPT. Alphabet, de moedermaatschappij van Google, heeft een eigen AI-platform, net als Meta; het bedrijf achter Facebook. Amazon is (net als Microsoft en Alphabet) een gigant in cloud toepassingen.
Toch is het geen uitgemaakte zaak dat deze bedrijven de vanzelfsprekende winnaars van de AI-race zullen zijn. Het speelveld ligt immers nog wijd open. Zeker wat betreft de softwarekant van AI zijn er niet zo’n grote competitieve voordelen waarachter Big Tech zich kan verschuilen. Zeker, de gevestigde techbedrijven hebben veel expertise in huis, en ze hebben de middelen om ‘large-scale language models’ te trainen – een dure bezigheid, maar één waarvan de kost snel daalt. Maar kleinere spelers en ‘open source’ AI-modellen zitten hen op de hielen. Het is best mogelijk dat de ‘AI-winnaar’ een tot nog toe onbekend bedrijf is, of dat er zich helemaal geen uitgesproken winnaar aftekent.
Wat de hardwarekant van AI betreft is er betere zichtbaarheid. AI-toepassingen vragen enorme hoeveelheden rekenkracht. Die rekenkracht wordt vooral geleverd door ‘graphics processing units’ (GPU), computerprocessoren die geoptimaliseerd zijn voor grafische toepassingen. Die optimalisatie blijkt ook uiterst bruikbaar voor AI-toepassingen.
Veruit de grootste producent van dergelijke GPU’s is Nvidia, een bedrijf dat recent een enorme sprong in beurswaarde maakte - al houdt dat geen advies in om erin te beleggen - omdat het als één van de evidente winnaars van de AI-revolutie wordt gezien (een meer prozaïsche verklaring is wellicht dat de beschikbaarheid van GPU’s momenteel een enorme flessenhals is bij de uitbouw van datacenters voor AI-toepassingen, een tekort dat niet eeuwig blijft duren).
De opkomst van AI zal de vraag naar performante cybersecurity sterk doen toenemen. Generatieve AI kan en zal misbruikt worden om gebruikers ‘fake’ informatie voor te schotelen en levensechte vervalsingen.
Verder ligt het ook voor de hand dat de opkomst van AI-toepassingen de vraag naar beveiliging sterk zal doen toenemen. Generatieve AI kan en zal misbruikt worden om gebruikers ‘fake’ informatie voor te schotelen, en levensechte vervalsingen. Elke tekst, elk beeld, elke video kan door AI vervalst zijn, en de behoefte aan performante cybersecurity zal zeer sterk toenemen. Maar dat zijn inschattingen die we nu, bij het begin van de AI-doorbraak, kunnen maken. De ervaring leert dat de meeste gevolgen van een dergelijke ingrijpende evolutie, positief zowel als negatief, vooraf slecht te voorspellen zijn.
Als het verleden een richtlijn is, kunnen we stellen dat het leeuwendeel van de toegevoegde waarde van een ingrijpende technologie zoals AI bij de gebruikers ervan zal terechtkomen, niet bij de producenten van de toepassingen. Als de verhoopte productiviteitsboost inderdaad realiteit wordt (alweer, een grote ‘als’), dan zullen die productiviteitswinsten breed verspreid zijn in de economie, over alle sectoren heen. Zowel beleggers als gebruikers zullen daar de vruchten van plukken, zonder dat ze ‘winnaars’ van de AI-race hoeven te voorspellen.
De enorme boost die de techaandelen momenteel kennen op de beurs, brengt de Wet van Amara (genoemd naar Roy Amara, een Amerikaans wetenschapper) in herinnering: “We hebben de neiging de impact van een nieuwe technologie op korte termijn te overschatten, en de impact ervan op lange termijn te onderschatten”.
Belegd zijn en blijven, met een ruime aandelenbootstelling over vele sectoren heen, is in dat opzicht veel realistischer en belangrijker dan de hopeloze utopie om ‘de winnaars van morgen’ correct te identificeren.
Disclaimer: De informatie uit deze publicatie vormt een algemene toelichting bij de financiële actualiteit en mag niet worden beschouwd als een concreet advies of aanbeveling met betrekking tot financiële producten.